<< terug naar overzicht

Varkenswangetjes met appel en cider

Varkenswangetjes Appel Cider
4 personen, 2 uur

– 12 varkenswangetjes
– 2 uien
– 1 grote, stevige appel
– 2 grote wortelen
– bladpeterselie
– 330 ml appelcider
– 200 ml vleesbouillon
– 1 el appelstroop (Luikse stroop)
– 1 kaneelstokje
– 1 kruidentuiltje (peterseliestengels, tijm, laurier)
– sausbinder
– boter 
– peper en zout

Voor de knolselderpuree
– 500 g bloemige aardappelen
– 500 g knolselder
– 70 g veldsla
– melk
– nootmuskaat
– peper en zout

Bereiding:

1/ Pel de uien, halveer ze en snij ze in reepjes. Schil de wortelen en snij ze in grove stukken. Stoof de uien en de wortelen aan op middelhoog vuur in wat boter, tot ze beginnen te kleuren. Doe ze in een stoofpan.

2/ Bak in dezelfde pan van de groenten de blokjes stoofvlees rondom rond mooi bruin in boter, in porties. Kruid met peper en zout. Doe ze in de stoofpan. Doe er het kruidentuiltje en het kaneelstokje bij.

3/ Blus de pan waarin je de groenten en het vlees hebt aangebakken met de cider en de bouillon, doe de warme vloeistof bij het vlees. Dat moet net onder staan. Doe er ook de appelstroop bij.

4/ Zet het deksel op de pan en laat het stoofvlees 1.30 à 2 u. zachtjes garen op laag vuur. Kijk of de saus voldoende gebonden is: haal het laatste halfuur het deksel van de pan om het vocht te laten verdampen, of bind de saus met sausbinder.

5/ Schil de aardappelen en de knolselder, snij ze in blokjes. Kook ze samen gaar in licht gezouten water. Laat uitdampen en pureer de aardappel en knolselder. Spoel de veldsla, verwijder de worteltjes en doe ze bij de aardappel en knolselder. Kruid met peper, zout en nootmuskaat en roer stevig door tot puree. Voeg melk toe tot je een smeuïge puree krijgt

6/ Snij de appel in partjes en bak ze kort aan beide kanten goudbruin in een pan met wat boter. Leg de partjes op het stoofpotje en laat nog even doorwarmen, maar roer niet meer om. Proef van het stoofpotje en kruid met peper en zout. Werk af met gehakte bladpeterselie en serveer met de knolselderpuree.